Flipperkast – 1/2

Ken je ze nog? Die ouderwetse flipperkasten met zo’n metalen balletje die de kast in wordt geschoten en dan via palletjes en flippertjes en doedeledingen door de kast knalt en uiteindelijk moegestreden in een vakje onderaan valt?

Wij hadden vroeger thuis een simpel exemplaar, de kindervariant zeg maar. Je moest het balletje zelf de kast in schieten door middel van een palletje dat je terug moest trekken. De springveer daaraan zorgde voor een goede knal. Vervolgens probeerden we de kogel in een kommetje te laten neerkomen waar ‘50’ opstond. Dat was het hoogste wat je kon halen in ons spel. Uiteraard was het spel zo gemaakt dat je meestal uitkwam op ‘10’.

De flipperkasten voor grote mensen zijn ingewikkelder. Geen springveer die je zelf een beetje kan manipuleren en de kast zelf zit vol met ingewikkelde stoppers en routes en elektrische ladingen die te pas en te onpas aangepast moeten worden om een zo gunstig mogelijke uitkomst te krijgen.

Ok, komt-ie: jij bent die bal. In je kinderenjaren was het leven niet al te gecompliceerd. Je ouders maakten keuzes, de flipperkast van het leven was hanteerbaar en overzichtelijk. In de grotemensenwereld verschuift er nogal wat. Je wordt met een noodgang de dag ingeschoten, heen en weer geslingerd tussen elektrisch geladen palletjes, glijdt in vrije val naar beneden, wordt teruggeschoten een heel andere hoek in, waar bellen rinkelen en lampen flikkeren en al je aandacht wordt opgezogen, flipt zijdeling een rustiger hoekje in waar je direct weer uit geflikkerd wordt om vervolgens met een noodgang terecht te komen in een vakje onderaan – de scores worden berekend en bekend gemaakt – je schuift door naar de start en vervolgens wordt je wederom de kast in geschoten en begint het hele riedeltje van voren af aan.

Wordt vervolgd.

Deel dit bericht op:

Share on facebook
Share on twitter
Share on pinterest
Share on whatsapp
Share on email
inkopen
MISStainable

De citroen-factor

When life gives you lemons: oftewel wat je allemaal kunt doen met een citroen.

opinie
MISStainable

Postbode Siemen

Altijd als ik start met het dialect van de serie Zaai (insert) praat ik gevoeglijk een half uur door met de slepende ‘el’ van postbode Siemen. En het kost me daarna geheid moeite om weer gezellig te Algemeen Beschaafd Nederlands’en.